Voorpagina « De ketel van de heks



Er zijn zoveel verhalen en legenden die van vader op zoon, van moeder op dochter, worden doorverteld. Velen zijn in talloze sprookjesboeken vastgelegd en in de Efteling zijn een groot aantal ervan zelfs tot leven gekomen. Maar zelfs met het ruime aanbod van sprookjes in het Sprookjesbos en legenden in de rest van het park, blijven er nog vele mooie verhalen over, die het ook waard zijn om niet vergeten te worden. Op deze pagina het sprookje van 'De ketel van de heks', een sprookje van de Efteling zelf.

Het sprookje
Er was eens een oude heks die een pratende ketel had. Nou ja, praten... Het was eerder mopperen wat de ketel deed. Hij had ook wel reden om te mopperen, want de heks had weinig eerbied voor hem. Regelmatig snauwde ze de ketel af en vaak gaf ze hem de schuld als een toverdrank mislukt was. Als de hels weer eens wat ingrediënten in de ketel stopte, begon hij al te pruttelen en te steunen... "O, o, het is weer zover... Wat voor stinksoep zal ze nu weer eens in mij maken... O nee, hè? Ze doet er toch geen paddenpootjes in? Jawel hoor. Bah!"

De heks vond het wel gezellig, zo'n mopperpot in huis. Op een zonnige lentedag had ze in een van haar oude boeken een recept voor een liefdesdrank gevonden. "Hihihahahááá! Dit is lollig," lachte de heks. De ketel voelde de bui al hangen. Dat lachje kende hij maar al te goed. "Daar gaan we weer," zuchtte hij.

Even later stookte de heks het vuur onder hem op. Daarna gooide ze rattenstaarten slangenslijm en nog een heleboel andere vieze dingen in de ketel. Het duurde niet lang of de liefdesdrank begon te borrelen. Het leek op een dikke gifgroene soep. Voor de heks zag dat er smakelijk uit. Ze schepte een flinke mok vol en dronk die in één teug leeg. "Mmm, heerlijk," zei de heks. "Nu ben ik benieuwd of het werkt. Ze wachtte en wachtte, maar toen ze na een kwartier nog niets voelde, werd ze boos. "Wat een waardeloos recept!" schreeuwde de heks. "Dat spul werkt niet!" "O, o," zei de ketel, "dan zal ik het wel weer moeten bezuren." En ja hoor. De heks was zo kwaad dat ze de ketel met één woeste trap omschopte. De liefdesdrank stroomde over de vloer, de deur uit. En omdat de heksenhut boven op een heuvel stond, kabbelde het groene goedje als een gifgroen beekje de helling af.

Twee padden die daar zaten kregen ieder een slok binnen. Ogenblikkelijk begonnen ze elkaar te zoenen. Twee slakken weden compleet overspoeld door de liefdesdrank. In een innige omhelzing smolten ze haast ineen. En overal waar het groene spul kwam, schoten de mooiste bloemen uit de grond. Bijtjes en vlinders dartelden door de lucht en vogels begonnen te fluiten. De heks liep naar buiten en zag het allemaal gebeuren. "Wat een onzin," bromde ze, terwijl ze de groene stroom naar beneden volgde. "Ik voel niets!" Mopperend kwam ze aan de voet van de heuvel aan. "Klipperdieklipperdieklop!" klonk het opeens. Op een wit paard kwam een prins haar kant op gegaloppeerd, gevolgd door een lakei. De prins droeg een witte fluwelen mantel en had lang zwart haar. Toen hij dichterbij kwam, zag de heks hoe knap zijn gezicht was.

De ruiters hielden halt en de prins, die niet wist dat zij een heks was, zei beleefd: "Dag mevrouw. Wat een heerlijk lenteweer, nietwaar?" De heks antwoordde niet. Ze was compleet de kluts kwijt. Met een rode blos op haar wangen staarde ze zwijgend naar de prins. En wat heel bijzonder was: haar jurk was niet meer zwart, maar als bij toverslag rood geworden. En ook haar zwarte hoed was opeens felrood. "Nou, we rijden maar weer eens verder," zei de prins tien hij merkte dat de oude vrouw niet ging zeggen. "Dag mevrouw, prettige dag nog." De lakei en de prins gaven hun paarden de sporen en reden weg, nagestaard door de heks in haar rode jurk. Ze was smoorverliefd geworden op de prins. En zodra hij helemaal uit het zicht was verdwenen begon ze spontaan te huppelen! Als een pasgeboren lammetje dartelde ze over het mos. Daarbij zong ze een liefdesliedje.

Hoe lieflijk schijnt de lentezon, op mijn rode hoed
Ik zag de prins en weet niet meer , waar ik het zoeken moet!



De dagen daarop werd het leven van de ketel een stuk aangenamer. Er werd helemaal niets meer tegen hem gesnauwd. Nee, de heks was het zonnetje in huis. Dat duurde een week, misschien twee, maar toen werd ze een beetje treurig. Ze staarde uit het raam en zuchtte: "O, wat zou ik graag trouwen met die knappe prins. Maar ja, zo'n prins zit niet te wachten op zo'n oude vrouw als ik." De ketel had met de heks te doen en zei: "Eigenlijk had de prins ook van dat spul moeten drinken. De heks keek op en er verscheen een lach op haar gezicht. "Keteltje, je bent geweldig!" roept ze blij en ze zoende hem spontaan op de rand. "Hè bah," zei de ketel, maar de heks hoorde het al niet meer. Ze griste het oude receptenboek uit de kast en holde de helling af, in de richting van het koninklijk paleis.

In het kasteel vroeg ze aan de lakei of ze misschien in de kasteelkeuken kon werken. "Toevallig hebben we een baantje vrij," zei de lakei en hij ging haar voor naar de keuken. "Kunt u lekker koken?" "Als de beste," antwoordde de heks. "Dat is behoorlijk lang," zei de ander verbaasd. "We gaan het meteen met u proberen. Wat staat er op het menu?" "Ik wilde beginnen met een verrukkelijke groene soep," zei de heks. Die avond brouwde zij in de koninklijke keuken jaar liefdesdrank. Maar de prins keek heel vies toen hij die voorgezet kreeg. "Dat ziet er smerig uit!" riep hij geschokt. "Wie heeft dit spul gemaakt?" "De oude vrouw uit het bos, hoogheid," antwoordde de lakei. "Toch niet de verlegen vrouw met die grappige rode puntmuts op haar hoofd?" lachte de prins. "Ach, zij is zo verlegen, het is gewoon aandoenlijk. Breng haar maar eens hier."

Even later stond de heks oog in oog met de man van haar dromen. Ze werd nog verliefder dan de eerste keer. "Beste kokkin," zei de prins, "wat is dit eigenlijk voor een gerecht?" De heks zei niets. "Ik vind dat het niet erg lekker ruikt," zei de prins. De heks zei niets. "Weet u wat?" vervolgende de prins, die een beetje medelijden kreeg met deze verlegen dame. "Om u een plezier te doen, neem ik één hapje. De heks zei weer niets, maar haar ogen begonnen te twinkelen. Zou hij het doen? Ja hoor, de prins slurpte een klein slokje naar binnen. Snel veegde hij zou mond af en zei: "Sorry, maar koken is niet uw sterkste kant. We zoeken een ander baantje voor u. Volgt u mij.

De heks was in de wolken... Ze liep naast haar sprookjesprins door de gangen van het kasteel! Ach wat was hij mooi. Ze kwamen op de binnenplaats, waar een meisje met blonde krullen de ganzen aan het hoeden was. Ze lachte lief naar de prins, Hij hield abrupt zijn pas in en zijn gezicht werd vuurrood. De heks zag hij hij naar de jonge ganzenhoedster staarde. Ook zag ze hoe zijn witte kleding op slag verkleurde. Zijn kleren waren opeens net zo rood als de hare. Hoewel? Ze bekeek jaar jurk en schrok. Die was weer even zwart als vroeger! Toen voelde ze dat er bij haar vanbinnen ook van alles veranderde.

"Sta daar niet zo stom te kijken naar dat wicht," snauwde ze tegen de prins. "Wat een enorme koekenbakker ben jij, zeg! Ik snap niet dat ik ooit op je ben gevallen!" Maar de prins hoorde jaar geschreeuw niet eens. Hij had alleen oog voor de ganzenhoedster. Boos beende de heks weg, de poort uit, terug naar huis. De toverdrank was uitgewerkt. "O, o," zei de ketel, die de heks van verre zag aankomen. "Aan die zwarte jurk en de manier van lopen kan ik wel zien dat de pret voorbij is." En zo was het. Vanaf die dag moest de ketel het weer vaak ontgelden. Voor de prins was het allemaal anders. Hij leefde nog lang en gelukkig met zijn ganzenhoedster, die nu een echte prinses geworden was.

Het Sprookjesmysterie
Het sprookje van De ketel van de heks heeft geen vaste plek in het Sprookjesbos, al is de heks wel te zien op de officiële toegangspoort van het Sprookjesbos. Tijdens het Sprookjesmysterie in de zomer van 2009 stond de ketel tijdelijk tussen De wolf en de zeven geitjes en Hans en Grietje. Het Sprookjesmysterie was een grote marketingcampagne waarbij de heks zeven verschillende voorwerpen uit het Sprookjesbos had gestolen en ergens in Nederland had verstopt. Met het terugvinden van de zeven voorwerpen konden prijzen verdiend worden, waaronder overnachtingen en toegangskaartjes voor de musical van dat jaar.

Hieronder een overzicht van de zeven voorwerpen en de locatie waar ze gevonden zijn:

      VoorwerpLocatie in Nederland
1.De schatkist van Draak Lichtgeraakt        Stadsarchief van Amsterdam
2.Eén van De rode schoentjesDansacademie in Tilburg
3.De klok van de Zeven GeitjesKinderboerderij de Kooi in Rotterdam  
4.Het spinnewiel uit DoornroosjeRozenkwekerij Rozenhave in Haarle
5.De kroon van de De TrollenkoningSterrenwacht Sonnenborgh in Utrecht
6.De gouden bal uit De KikkerkoningAbe Lenstra-stadion in Heerenveen
7.Het mandje van RoodkapjeRestaurant Het Wolvenbosch in Wolfheze